NIEUWS
Deze week gaat het over spelen, iPads en kinderen fouten durven laten maken
Uit onderzoek blijkt dat het aantal kinderen met een bewegingsachterstand toeneemt. Er worden steeds meer huizen gebouwd, maar steeds minder grote speelplekken voor kinderen om buiten te spelen. Kinderen gebruiken steeds vaker de tablet of een pc om filmpjes te kijken of om te gamen. Ze weten prima hoe dit allemaal werkt, geen papa of mama meer voor nodig. Door bijvoorbeeld Netflix zijn er voor elke leeftijdcategorie meer filmpjes beschikbaar dan ooit te voren…
En dan vinden wij het als ouder raar dat er (steeds meer) kinderen zijn die lang(er) over het zwemtraject doen…
Zwemtraject
Als een kind weinig tot zeer weinig bewegingservaring opdoet in het dagelijkse leven, zie je dit ook zeker terug tijdens de zwemles. Dat is absoluut niet gek en staat volledig met elkaar in verbinding! Kinderen hebben minder vertrouwen in wat hun lichaam allemaal kan en durven hierdoor vaak oefeningen niet goed te doen. Of het lukt ze gewoonweg (nog) niet. Vaak gaan deze kinderen met hele kleine stapjes (vooral door heel veel herhaling) vooruit. Uiteraard duurt het zwemtraject dan uiteindelijk ook langer.
Meer zelfvertrouwen
Kinderen die veel en gemakkelijk bewegen creëren meer zelfvertrouwen en hebben minder kans op faalangst. Hierdoor zullen ze het bewegen als iets leuks en fijns ervaren, waardoor hun vaardigheid nog meer toeneemt en het zwemtraject dus (in de meeste gevallen) sneller gaat.
Oefenen!
Om iets te leren, moeten kinderen dus de kans krijgen om te oefenen. Doen ze dat niet, dan neemt het risico op ongelukken op termijn eerder toe dan af. Een kind dat een keer uit een klimrek valt, zal leren het de volgende keer anders of beter te doen. Een kind dat nooit in een klimrek klimt kan het ook nooit fout doen en er dus ook nooit wat van leren. Want zeg nou eerlijk, wanneer wordt het vertrouwen van een kind eerder geschaad; van een keer vallen uit een klimrek en het nog eens proberen, of van een ouder die roept: “Kom naar beneden, je kan dat helemaal niet!” of: “Jij bent hier nog veel te klein voor!”
In zichzelf geloven
Hoe kan een kind uiteindelijk in zichzelf leren geloven als hij het gevoel heeft dat zijn ouders niet in hem geloven? Overbeschermde kinderen ontwikkelen zich vaak op de langere termijn in een overtuigende richting: ze geloven dat ze niets kunnen of juist dat ze onoverwinnelijk zijn. Bij kinderen die geloven dat ze niks kunnen zie je tijdens de zwemles dat een kind niks tot weinig nieuwe oefenstof aandurft en ze zeggen bij alles; “Dat kan ik niet”. Bij kinderen die denken dat ze onoverwinnelijk zijn zie je dat ze alles denken te kunnen, maar het tegendeel is waar.
Met succes naar zwemles begint bij een kind die durft te bewegen en fouten durft te maken. Een kind die de uitdaging aan durft te gaan! En bij een ouder die zijn kind de mogelijkheid geeft zich te ontwikkelen, waarbij overbeschermen of teveel pushen niet aan de orde is.